Oorlog in Oekraïne: een nieuwe schok voor de wereldeconomie

Markten

Oorlog in Oekraïne: een nieuwe schok voor de wereldeconomie

30 maart 2022 - Leestijd 4 min. 

Geschreven door

David Ghezal
Investment Strategist

Samengevat:
  • Terwijl de coronamaatregelen op vele plaatsen stapsgewijs opgeheven worden, vertroebelt het conflict in Oekraïne de vooruitzichten voor de mondiale groei.
    • Door de stijgende energieprijzen en verstoorde bevoorradingsketens zal de inflatie dit jaar veel hoger oplopen dan verwacht.
    • De onzekerheid blijft hoog, maar ondanks de tragedie in onze achtertuin verwachten we geen wereldwijde recessie.

    VS: een veerkrachtige economie

    De Amerikaanse economie zou de schok als gevolg van de crisis in Oekraïne moeten kunnen opvangen. De handelsbetrekkingen met Rusland zijn beperkt (minder dan 0,5% van het bbp), terwijl de invoer van Russische energie al klein was voor hij helemaal naar nul werd herleid. De impact van het conflict komt vooral door de stijging van de energieprijzen op de wereldmarkten. Die heeft de inflatie al mee opgedreven tot 7,9%, het hoogste niveau in 40 jaar. Dat zal de gezinsconsumptie een stuk afremmen (een stijging van de benzineprijs met 1 cent komt overeen met een daling van de particuliere consumptie met 1,2 miljard USD). Daarnaast zullen ook de bevoorradingsproblemen de maakindustrie tenminste tot de zomer verder parten spelen.

    Deze tegenwind zou echter beheersbaar moeten blijven voor de VS, die in goede vorm aan de huidige crisis zijn begonnen. De financiële situatie van gezinnen blijft solide en de arbeidsmarkt is in topconditie (sterke banengroei, lage werkloosheid, stijgende lonen). Hoewel het tempo van het herstel zal matigen, verwachten we dat de groei in de VS in 2022 3,4% en in 2023 2,4% zal bedragen, met een inflatie van respectievelijk 4,7% en 2,7%.

    In die context heeft de Federal Reserve (Fed) zoals verwacht in maart haar beleidsrente met 0,25% verhoogd, de eerste keer sinds eind 2018. Wij gaan ervan uit dat zij de rente in de toekomst op regelmatige tijdstippen zal blijven optrekken om de stijgende inflatieverwachtingen af te remmen. De afbouw van haar balans zou dan weer moeten afhangen van de evolutie van de financieringsvoorwaarden op de markten en de brede economische context.

    Eurozone: zwaarst getroffen door het conflict

    Het vooruitzicht dat de eurozone voor het eerst sinds lange tijd sneller zou groeien dan de VS is weer in de koelkast gestopt. Onze regio is – na de conflictzone – economisch het zwaarst getroffen, omdat ze dicht bij de brandhaard ligt en voor haar energievoorziening sterk afhankelijk is van Rusland (40% van de gasinvoer, 23% van de olie-invoer). De neerwaartse herzieningen van de groei en de opwaartse herzieningen van de inflatieprognoses zijn dan ook de sterkste van alle grote regio’s. De verwachte daling van de consumptie en het effect van de verstoringen in de toeleveringsketen op de maakindustrie zullen naar verwachting resulteren in een economische krimp in het tweede kwartaal.

    Aan de andere kant blijft de economie ook geschraagd, onder meer door de overheidssteun voor huishoudens met een laag inkomen, meer uitgaven voor infrastructuur (vooral energie), een sterke toename van de defensie-uitgaven en de bijdragen uit het Europees herstelfonds (Next Generation EU). Mede hierdoor zal het economische plaatje er vanaf het derde kwartaal beter uitzien en zouden deze structurele maatregelen het herstel op langere termijn moeten ondersteunen. Al met al verwachten we dat de eurozone in 2022 met 2,8% zal groeien, een heel verschil met de 4,6% die vóór de oorlog in Oekraïne werd verwacht. Tegelijk verwachten we dat de inflatie dit jaar tot 8% zal klimmen (tegenover 5,9% in februari).

    De ECB verraste de markten ondertussen met haar besluit om het tempo van haar aankoopprogramma van activa sneller dan verwacht te verlagen. Hieruit kunnen we afleiden dat de ECB zich zorgen maakt over de versnelling van de inflatie en de deur openzet voor een eerste renteverhoging in de tweede helft van 2022. Hoewel een renteverhoging nu zeer waarschijnlijk is, zal de ECB blijven handelen op basis van de economische ontwikkelingen.

    Japan: op naar verder herstel

    Hoewel de economische banden tussen Japan en Rusland beperkt zijn, zullen de stijging van de energieprijzen (Japan is een netto-importeur) en de verslechtering van het sentiment ook de Japanse economie een stuk beïnvloeden. Aan de andere kant zou Japan eindelijk een verbetering op het coronafront moeten zien vanaf de lente met een heropleving van de dienstensector. Het land kan ook profiteren van de kracht van zijn export dankzij de nauwe banden met China en Azië, alsmede van het gigantische relancepakket van de regering.

    Na een hobbelig herstel met een groei van 1,6% in 2021 zou Japan dit jaar een groei van 2,5% optekenen en de achterstand verder bijbenen die het land tijdens de piek van de pandemie opliep. Vooral onder invloed van de stijgende energieprijzen zal de inflatie naar verwachting 1,8% bedragen, waarmee zij voor het eerst in zeven jaar dichter bij het streefcijfer van 2% van de centrale bank zal komen. Dit zou het nog steeds heel soepele monetaire beleid van de Bank of Japan niet fundamenteel mogen veranderen.

    China: eigen groeidoelstelling van 5,5%

    Recente gegevens uit China bevestigen een langzame maar zekere uitweg uit de economische malaise (pandemie, regelgeving, vastgoed perikelen). De fundamentals van China verbeterden dankzij de stimuleringsmaatregelen van de jongste maanden, terwijl de buitenlandse handel op peil blijft. De ‘zero covid’ strategie blijft de binnenlandse vraag afremmen, maar het feit dat China bijvoorbeeld sommige bedrijven in de inperkingszone toestaat hun fabrieken te openen, wijst op een iets minder rigide aanpak van deze kwestie.

    In het algemeen blijven de directe gevolgen van de huidige geopolitieke spanningen voor China beperkt, en zullen ze eerder indirect zijn door de verwachte vertraging van de mondiale groei. Ondanks de onzekerheid heeft de Chinese regering een groeidoelstelling van ongeveer 5,5% voor 2022 vastgelegd. Onze vooruitzichten zijn een stuk voorzichtiger: 4,5% groei.

    De stabiliteit van de economie – waar voor ook een stabiele vastgoedsector essentieel is – is de topprioriteit van Peking tijdens het Jaar van de Tijger. Men kan erop rekenen dat de overheid al het mogelijke zal doen om dit te bereiken. De begrotingsinspanningen zouden zich moeten toespitsen op belastingverlagingen, alsook op investeringen in energie, vervoer, technologie en modernisering van de stedelijke infrastructuur. Ook voor de vastgoedsector zouden specifieke initiatieven kunnen gelden. De gematigde inflatie – 2,8% verwacht dit jaar – laat bovendien ruimte voor de Chinese centrale bank om het monetaire beleid verder te versoepelen indien nodig, tegen de algemene trend in.

    Groeivooruitzichten 2022 - 2023

    (reële bbp-groei, %)

     

    2022

    2023

    Wereld
    3,5 (-1,0)1
    3,3
    Verenigde Staten
    3,4 (-0,6)
    2,4
    Eurozone
    2,8 (-1,8)
    2,2
    Duitsland
    3,0 (-1,8)
    3,2
    Verenigd Koninkrijk
    2,8 (-1,7)
    1,5
    Japan
    2,5 (-0,4)
    1,4
    China
    4,5 (-0,8)
    4,8

    Bron: Deutsche Bank Wealth Management, maart 2022

    1 Op- en neerwaartse herzieningen tegenover december 2021

    Is uw portefeuille nog aangepast aan de economische realiteit?

    Contacteer onze experts van Talk & Invest op 078 153 154

    Maak een afspraak in uw Financial Center via 078 156 160 of online.

    ×